Tips voor het verzorgen van een nieuw aangelegd gazon met graszoden
De eerste weken nadat de graszoden zijn gelegd, moet er extra goed voor het jonge gras gezorgd worden. Het is dan erg kwetsbaar. Hieronder een aantal tips om zo lang mogelijk van uw nieuwe gazon te genieten.
eteen nadat het gras gelegd en aangewalst is, is het nodig om direct te sproeien, afhankelijk natuurlijk van het weer. U kunt dit doen met een tuinslang, maar een standaard zwenksproeier is hiervoor ideaal.
Water nodig voor wortelgroei
Plaats de sproeier in het midden van uw tuin. Sproei niet te kort, een halfuurtje is niet genoeg. Er zal dan niet voldoende water in de bodem kunnen zakken. Afhankelijk van het weer dient er korter of langer gesproeid te worden. De beste manier om te kijken of er voldoende gesproeid is of om te zien of het gras alweer toe is aan een sproeibeurt is om de graszoden open te slaan en even te voelen of de onderkant van de graszoden en de ondergrond al goed nat is. Voelt de graszoden droog aan, dan is het nodig om (door) te sproeien.
Beste sproeimoment is in de ochtend
Beste moment om het gras te sproeien is in de ochtend. Het gras heeft dan nog de hele dag de tijd om het water op te nemen. Het is een fabel dat gras kan verbranden door water. Sproeit u ’s avonds, dan is de kans groot dat uw grasmat nat de nacht in gaat. Hierdoor heeft u meer kans op vervelende schimmels in het gras.
Iedere dag sproeien bij droog weer
Belangrijk is om zeker de eerste weken na het leggen van de nieuwe graszoden regelmatig te sproeien, om de dag of zelfs iedere dag bij heel warm en droog weer. Voor een goede groei van de wortels moet de ondergrond regelmatig vocht krijgen. Na de eerste twee tot drie weken intensief bewateren is de frequentie afhankelijk van het weer. U sproeit natuurlijk extra in periodes van heel droog en zonnig weer.
Niet lopen op het gras
In de eerste twee á drie weken wortelt het gras: het gras gaat dan vastzitten aan de ondergrond en wordt een mooie vaste grasmat. Bij groeizaam weer is dit meestal na ongeveer 1 week. Het is in die periode belangrijk om niet op het gras te lopen ter voorkoming van mogelijke beschadigingen.
Eerste maaibeurt
Na ongeveer twee tot drie weken mag u op het gras lopen. Het gras is in het groeiseizoen eigenlijk al wel eerder toe aan een eerste maaibeurt, omdat het gras hard groeit. Dus is het gras lang, wacht dan niet drie weken, maar maai het gras eerder. Loop extra voorzichtig om geen kuilen te maken. Het best is om het gras te sproeien na het maaien, omdat de modderige ondergrond na het sproeien niet stevig is. Maai het gras de eerste keer niet te kort, houd het minimaal ongeveer 4,5 cm lang. Bij droogte is het af te raden om het gras kort af te maaien.
Regelmatig maaien voor het mooiste gazon
Voor het mooiste resultaat maait u het gras in de groeiperiode, tussen april en november, wekelijks. Een goede vuistregel is om maximaal de helft van het gras af te maaien. Stel je de grasmaaier in op vier centimeter, dan ga je dus pas weer maaien als het gras ongeveer acht centimeter lang is. Hoe korter er gemaaid wordt, hoe sneller er weer gemaaid moet worden. Door regelmatig te maaien blijft de grasmat mooi gesloten en heeft onkruid minder kans om te groeien.
Bemesting
Voor de bemesting kunt u bij voorkeur organische korrelmest gebruiken. Bemest het gazon drie maal per jaar: in maart-april, juni-juli en september-half oktober. Wij gebruiken de producten van Ecostyle.
Verticuteren
Verticuteer het gazon jaarlijks in maart. Het doel van verticuteren is om mos te verwijderen en de ondergrondse wortels door te snijden. Met deze methode blijft de bovenlaag van het gazon luchtig.